Spelers: 2 tot 4
Speelduur: ±30 minuten
Leeftijd: vanaf 8 jaar
Je kent het wel: je maakt een spellendoos open en dan blijkt er meer lucht in te zitten dan spel. Die klacht zul je in het geval van Kwatro in elk geval niet horen. Maar heeft deze kleine verpakking eigenlijk wel inhoud?
Het is slim bedacht hoor: door z’n minuscule doosje valt Kwatro juíst op. Ik heb doosjes pepermunt in huis met meer opslagvolume. Eerlijk gezegd bekroop me bij de eerste aanblik de gedachte: dit kan toch nooit wat zijn, zoiets kleins? Het is gemakkelijk om Kwatro te onderschatten vanwege z’n formaat, maar dat werkt alleen maar in z’n voordeel. Je bent namelijk al snel positief verrast zodra dat doosje eenmaal open is.
Anders of juist hetzelfde
Je speelt het spel met 66 kleine kaartjes. Ze hebben allemaal een tot vier stipjes, een van vier verschillende kleuren en er staat een van vier verschillende vormen op. De bedoeling is om deze in rijen van maximaal vier lang op tafel te gaan leggen, maar daar zitten uiteraard een paar voorwaarden aan vast. Elke keer dat je een rijtje vormt, stel je jezelf de vraag of alle kaarten anders zijn wat betreft nummer, kleur en vorm. Is het antwoord ja, dan heb je een geldige zet gedaan en krijg je punten. Voor een rij van vier ontvang je uiteraard meer punten dan voor een kortere. Maar als ze bijvoorbeeld allemaal geel zijn, of allemaal een cirkel hebben, of allemaal twee stipjes, is het ook goed. De variabelen moeten dus allemaal anders zijn of hetzelfde. Snap je er niks van: kijk even naar de foto.
Zoveel kaartjes...
Met een paar voorbeelden zijn de legregels snel te begrijpen. Voor wie bekend is met het spel Set of Qwirkle nog net iets sneller, want dat werkt volgens een vergelijkbaar principe. Iedere speler heeft steeds vier kaarten in de hand om uit te kiezen en mag er daarvan zoveel of zo weinig van tegelijk neerleggen. Zo ontstaat een uitdijend geheel van rijen kaarten, waar je naarmate het spel vordert steeds langer naar zit te turen.
Kwatro heeft wel wat weg van een statischere 2D-variant van Rummikub, al klinkt dat minder leuk dan het is. Je probeert uiteraard voor de bonus te gaan die je krijgt als je een rij van vier maakt, maar dan moet je wel de juiste kaarten voor in je handen hebben. Soms komt het neer op geluk bij het pakken van de stapel, maar vaak ook op goed kijken en, als het kaartengeheel groeit, sluw plaatsen.
Het kwartje van Kwatro
Dit is een aardig tussendoortje dat je zonder problemen met de hele familie kan spelen, want als het kwartje bij het uitleggen van de legregels eenmaal is gevallen, kunnen zelfs de vierdegroepers meedoen. Niet eentje om keer op keer op tafel te leggen, maar dat is geen ramp. Hij neemt in de kast immers weinig plek in.
Tekst: Klaas Kaptijn