Spelers: 1 tot 4
Speelduur: ±45 minuten
Leeftijd: vanaf 8 jaar
Geen enkel genre heeft alleen maar fans, maar behendigheidsspellen worden soms ronduit met de nek aangekeken. Als er eentje is die op z’n minst een paar haters van gedachten kan laten veranderen, is het Menara.
Bouwen doe je samen
Als je het spel goed speelt, heb je iets indrukwekkends op tafel staan aan het einde van een potje Menara. Een tempelruïne van zeven of acht verdiepingen is geen uitzondering voor een goed team van bouwers. Bij dit spel werk je samen aan een bouwwerk en dankzij die combinatie van coöperatief spelen en behendigheid onderscheidt Menara zich van de rest.
De materialen waarmee je het moet doen, zijn bodemplaten met gekleurde cirkels erop en gekleurde pilaren die op die cirkels gezet moeten worden. Op welke precies en hoeveel wordt bepaald door opdrachtkaarten, waarvan elke speler er in zijn beurt eentje moet omdraaien. Zijn die op en jullie toren staat nog, dan heb je gewonnen. Dat geldt ook als alle bodemplaten of pilaren zijn gebruikt.
Dan liever de lucht in
Er zijn een paar regels die van dit spel een pittige uitdaging maken. Zo is het verplicht een nieuwe bodemplaat in de toren te verwerken als er eentje is volgezet met pilaren. Dat kan problemen geven als je bijvoorbeeld bovenin nog geen dragende constructie hebt gemaakt en door een opdracht ergens onderin een steunpaal moet neerzetten die zo’n plaat vol maakt. En ja, die verdomde opdrachten. Sommige zijn simpel: gewoon een, twee of drie pilaren plaatsen waar het je uitkomt. Maar er zitten er ook tussen die het je knap lastig kunnen maken, zoals die waarbij je staanders van een lagere etage naar een hogere moet verplaatsen. Met de juiste kleuren, uiteraard. Vriendelijk bedanken zit er niet in, je bent verplicht elke opdracht in z’n geheel uit te voeren.
Is dat onmogelijk, dan leg je de onvervulde opdrachtkaart apart en gaat de eis van het minimale aantal etages omhoog. Die eis heb je aan het begin van het spel gezamenlijk bepaald, maar je kunt er donder op zeggen dat de toren uiteindelijk hoger zal moeten worden. Om dat tot een goed einde te brengen, is niet alleen een vaste hand noodzakelijk, maar ook tactisch inzicht wat je waar bouwt, rekening houdend met de absurde constructietaken die je opgelegd worden.
Torenhoge spanning
Menara is zo ontworpen, dat je nooit een perfect gestut bouwwerk zult kunnen bouwen. Het is altijd improviseren met de vreemd gevormde bodemplaten en de onhandig verdeelde cirkels daarop die voorschrijven waar de pilaren moeten komen. Maar dat zorgt juist voor de grootste lol. Weinig dingen in het leven geven meer voldoening dan op een instabiele basis een nog wiebeligere laag te zetten die met de tips van je medespelers toch blijft staan, tegen alle natuurwetten in. Gaandeweg zie je jullie tempel verrijzen, met een waagstuk hier en een gouden greep daar en het resultaat is steeds weer magnifiek. Als de tafel er niet zo van zou gaan schudden, zou je de ene na de andere high five uitdelen aan je team. Tot de hele donderse boel in elkaar mietert natuurlijk, want dat risico ligt altijd op de loer. En dat houdt het spel spannend tot het eind.
Bouwkundig rapport
Een spel waarbij je een fysieke constructie bouwt én samen werkt, is op zichzelf al bijzonder. Maar hoe groot de rol van tactisch inzicht daarbij is, maakt Menara nog eens extra speciaal. De regels zijn zo rechttoe rechtaan dat zelfs vrij jonge kinderen ze zonder problemen kunnen onthouden, maar dit spannende spel goed spelen, is voor iedereen een uitdaging. En de voldoening die hoort bij het creëren van de levensgevaarlijke tempel die alsmaar hoger wordt dan je ooit voor mogelijk had gehouden, is heel lekker.