Watskeburt?!
Hieronder de vijf strategische stappen, waarmee mijn man mij de hobby in sleepte. Mede-boardgamer, doe er je voordeel mee.
Stap 1: Party time!
Het leek mij nogal een suffe hobby, zeker voor een stel: “Wat wij doen op de zaterdagavond? Nou uh, spelletjes…” Met zijn Marvel Legendary (2012) en Kemet (2012) kon mijn man dus nog even niet aankomen. In plaats daarvan haalde hij drank en chips in huis, nodigde onze vriendengroep uit en introduceerde een scala aan party games. Die bleken voor mij een betere ingang in de hobby dan wat vaak ‘gateway games’ worden genoemd (zoals De Kolonisten van Catan of Ticket to Ride). Zo leerde ik namelijk hoe sociaal en leuk spellen eigenlijk zijn. Waar ik eerst liever een andere afspraak maakte op game night, wilde ik het al gauw niet meer missen.
Een grote hit bij ons was Wat schets je me nou?! (2009), een spel dat grappiger wordt naarmate je er slechter in bent. Iedere speler krijgt een schetsboekje, waarin je in korte tijd een concept moet uittekenen. Vervolgens schuiven alle schetsboekjes door en raad je wat andermans tekening voor moet stellen. Omdat je zo’n vijf tot zeven keer doorschuift, wordt de afstand tussen oorspronkelijk concept en uiteindelijke tekening steeds groter. Elke ronde is het weer ontzettend grappig om alle schetsboekjes na te lopen.
Andere aanraders zijn Codenames (2015), Dixit (2008), Spyfall (2017), When I Dream (2016) en Crossfire (2017).
Stap 2: De juiste ‘gateway game’
Ondertussen probeerde mijn man evengoed allerlei ‘gateway games’ op mij uit: toegankelijke spellen, die een goed woordje moeten doen voor de rest van de hobby. Veel van de spellen die hij koos, deden dat echter niet. Onitama (2014 ) bijvoorbeeld, een ‘abstract strategy’ spel dat op schaken lijkt, bevestigde alleen maar dat ik niet zo’n strateeg ben. En Carcassonne (2000), een ‘tile placement’ spel dat heel populair schijnt te zijn, vond ik vooral saai. Pas bij Century: De Specerijenroute (2017) voelde ik een klik. Het spel zoog me naar binnen en deed me de tijd vergeten. Ah, dus hier had mijn man het steeds over!
Century: De Specerijenroute
Achteraf gezien is het niet zo gek dat ik Century leuk vond. Het is een engine builder en dat is nu nog steeds mijn favoriete spelmechaniek. De boodschap is deze: zet even je eigen spelvoorkeuren opzij. Die hoeven namelijk niet per se bij je partner te passen. Probeer verschillende typen spellen uit, tot je partner zich er in één (of meerdere) verliest. En ga dan door naar stap 3.
Stap 3: Volg die favoriet
Nu moet je natuurlijk doorpakken op dat type spel dat je partner het meest beviel. Het is een moment van bescheidenheid – vooral omdat je nu een stuk minder zult winnen. Maar da’s precies ook het slimme van deze stap natuurlijk. Ik herinner me in die tijd dat mijn man de engine builder Orléans (2014) en het ‘worker placement’-spel Viticulture: Essential Edition (2015) kocht en dat ik die niet zwoegend en zwetend, maar eigenlijk vrij simpel van hem won. Juist omdat het wat complexere spellen waren, deed het wonderen voor mijn gevoel een ‘echte’ boardgamer te zijn. Van de weeromstuit begon ik ook zelf benieuwd te raken naar nieuwe spellen.
Die spelmechanismen vind je trouwens op Boardgamegeek. Zoek via de zoekmachine de pagina van het spel op en kijk dan onder ‘Classification’. Je kunt hier ook op de verschillende termen klikken om erachter te komen wat ze precies inhouden. Zo ontdekten wij, via Stenen Tijdperk (2008), dat we allebei van ‘worker placement’ houden en, via Dominion (2008), ook van ‘deck building’. Sindsdien stroomt onze kast vol met die typen spellen.
Stap 4: De juiste YouTubers
Al een tijdje hoorde ik vanaf het toilet de stemmen van Tom, Zee en Sam (The Dice Tower) schallen. Mijn man keek – en kijkt – te pas en te onpas YouTube-filmpjes over bordspellen. Mij trok het niet zo, al die mannen in XXXL T-shirts. Tot mijn man me iets van Rahdo liet zien. Die vertelde zo aanstekelijk over spellen, dat ik vanzelf zin kreeg deze te spelen. Een ‘care bear’ noemde hij zich en zijn vrouw was – hé verrek! – ook een boardgamer. Door Rahdo begon ik me in YouTube te verdiepen, leerde ik meer over termen als ‘bag building’ en ‘card drafting’ en deed ik mijn eerste eigen spelaankoop: Agricola (2007). En dan is het hek van de dam, hè?
Later merkte ik trouwens dat Rahdo en ik niet echt dezelfde smaak hebben (Agricola heb ik al weer verkocht). Wat dat betreft komen The Brothers Murph en Shut Up & Sit Down dichterbij. En die kerels van The Dice Tower ben ik toch ook gaan waarderen. Hun top 10’s helpen me enorm om nieuwe spellen te ontdekken – zoals deze Top 10 Worker Placement Games.
De mannen van Shut Up & Sit Down
Stap 5: De ‘campaign’-ervaring
Favoriete spellen, eigen aankopen, YouTube-onderzoek – wat heb je als boardgamer dan nog van je partner te wensen? Nou, dat je wat vaker in de week speelt. Dat je partner, net als jij, niet kan wachten om weer een doos uit de kast te trekken. Voor mij kwam dat na een aantal super spannende ‘campaign’-ervaringen: spellen waarin speelsessies aan elkaar gelinkt worden door een lopend verhaal. Gloomhaven (2017) heeft dat bijvoorbeeld, waarin ieder een eigen karakter heeft met unieke vaardigheden en krachten, die met elk spel sterker worden. Helemaal spannend was Pandemic Legacy: Seizoen 1 (2016), waarin elke speelsessie staat voor één maand in een vrij gruwelijk pandemisch jaar. Op het einde speelden we vijf maanden in twee dagen uit. Een beetje dat binge-gevoel dat je ook bij Netflix kunt hebben.
Nu is het dus werkelijk zo erg, dat ik net als mijn partner liever een spel speel dan naar de film ga en liever een Jamey Stegmaier’s Sunday Sitdown kijk dan de krant lees. En nu ik ook nog eens voor een spellenwebsite schrijf, gebeurt het zelfs wel eens – heel af en toe – dat ik eerder van een spellennieuwtje hoor dan mijn man.
Waar moet dat heen?
En bij jou?
Ik ben benieuwd hoe dit bij mede-boardgamers is! Deel je de hobby ook met je partner? Of wil die er juist totaal niet aan? Heb je hem of haar ook een tijdje moeten overtuigen? Hoe heb jij dat dan aangepakt? Laat het weten in een reactie hieronder.